Het controlesysteem lage bandenspanning (TPMS) neemt een verandering in de draaicirkel van de band waar. Als de bandenspanning tot onder de aanbevolen spanning daalt, gaat het waarschuwingslampje branden.
Om het systeem goed te laten werken, is de bestuurder verantwoordelijk voor het instellen van het systeem door nauwkeurig de procedures te volgen en de huidige bandenspanning in te stellen.
Het waarschuwingslampje in het instrumentenpaneel gaat branden wanneer één of meerdere banden na het instellen van het TPMS een te lage bandenspanning heeft.
Het waarschuwingslampje gaat ook branden om de bestuurder te wijzen op een systeemstoring.
Raadpleeg bovenstaande afbeelding (1) voor meer informatie.
Hyundai i10. Band wegcontact
Het band wegcontact kan verminderen
indien gereden wordt op versleten banden,
banden met een onjuiste spanning
of op slipperige wegoppervlakten. Banden
moeten vervangen worden wanneer
de slijtage ...
Peugeot 108. Reservewiel
In het geval van een lekke band kunt u het wiel met het bij de auto geleverde
gereedschap verwisselen volgens de onderstaande procedure.
Parkeren van de auto
Zet de auto, voor zover mogelijk, ...
KIA Picanto. Geschiktheid voor elke stoelpositie voor de ISOFIX-kinderzitjes
overeenkomstig de ECE-voorschriften
IUF = Geschikt voor ISOFIX-bevestiging van naar voren gerichte, universele
voor deze gewichtsgroep goedgekeurde kinderzitjes.
IL* = Geschikt voor bepaalde ISOfix-baby- of kinderzitjes die zijn ...