1. Verwijder het snelheidsbeperkingslabel (1) van de fles met dichtmiddel (2) en plak het op een goed zichtbare plaats in het voertuig, zoals het stuurwiel, om de bestuurder eraan te herinneren niet te snel te rijden.
2. De band vullen met dichtmiddel.
Volg de hieronder beschreven procedure nauwgezet, omdat het dichtmiddel anders onder hoge druk kan ontsnappen.
3. Schud de fles met dichtmiddel goed.
4. Schroef vulslang (10) op de aansluiting van de fles met dichtmiddel.
5. Controleer of de schroefdop (9) gesloten is.
6. Draai het ventieldopje van het ventiel van de lege band en schroef vulslang (3) van de fles dichtmiddel op het ventiel.
7. Plaats de fles dichtmiddel in de behuizing (5) van de compressor, zodat de fles rechtop staat.
8. Zorg ervoor dat de compressor is uitgeschakeld, stand 0.
9. Sluit de compressor met behulp van de kabel en stekkers aan op de 12V-accessoireaansluiting van de auto.
OPMERKING Gebruik alleen de 12V-aansluiting aan voorpassagierszijde.
10. Zet het contact of de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) aan: zet de compressor aan en laat de compressor gedurende ongeveer 3 minuten draaien, zodat de band met dichtmiddel wordt gevuld.
De bandenspanning van de band na het vullen is niet van belang en zal later worden gecontroleerd/ gecorrigeerd.
11. Schakel de compressor uit.
12. Verwijder de vulslang van de fles met dichtmiddel en van het ventiel van de band.
Plaats de bandenreparatieset terug in het opbergvak in de auto.
KIA Picanto. Storing in het ISG-systeem
Het systeem werkt mogelijk niet
wanneer:
- Er een fout optreedt in de ISG-gerelateerde
sensoren of het systeem.
Het gele controlelampje AUTO STOP
( ) op het instrumentenpaneel zal
eerst 5 se ...
Ford Ka+. Telefoonopties tijdens een actief gesprek
Tijdens een actieve oproep worden er extra menufuncties beschikbaar,
bijvoorbeeld een oproep in de wacht zetten.
Kies voor toegang tot dit menu één van de beschikbare opties
on ...
Mercedes-Benz A-Klasse. Belangrijke veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING Uit de luchtroosters kan zeer hete of zeer koude lucht
stromen. Daardoor kunnen in de directe omgeving van de
luchtroosters verbrandings- of bevriezingsverschijnselen
...