De lichtschakelaar heeft een stand voor het dimlicht en het parkeerlicht.
Draai, om de verlichting te bedienen, de knop op het uiteinde van de combischakelaar naar een van de volgende standen:
Stand parkeerlicht ( )
Als de lichtschakelaar in de stand parkeerlicht staat (3e stand), gaan het achter-/parkeerlicht, de kentekenplaatverlichting en de dashboardverlichting branden.
Stand dimlicht ( )
Als de lichtschakelaar in de stand dimlicht staat (4e stand), branden de koplampen, de achterlichten, het parkeerlicht, de kentekenplaatverlichting en de dashboardverlichting.
OPMERKING Om de verlichting in te kunnen schakelen, moet het contact in stand ON staan.
Stand automatische verlichting (indien van toepassing)
Als de lichtschakelaar in stand AUTO staat, worden de achterlichten en koplampen automatisch in- of uitgeschakeld, afhankelijk van hoe donker het buiten is.
Deze kan een dunne film achterlaten op de sensor, waardoor deze niet meer goed werkt.
Fiat 500. Wielen en banden
Controleer voor een lange reis en elke twee weken de spanning van de
banden en het ruimtebesparende reservewiel. Deze controle moet bij koude
banden worden uitgevoerd.
Het is normaal dat de spann ...
Hyundai i10. Kinderslot achterdeuren
Het kinderveiligheidsslot is toegepast om
te helpen voorkomen dat kinderen per
ongeluk de achterdeuren openen van
binnen uit. Een achterdeur veiligheidssloten
moeten gebruikt worden iedere
ke ...
Toyota Aygo. Gebruik van het menu
SETUP (instellingen)
("Bluetooth"-menu)
Door een Bluetooth-apparaat te registreren in het systeem, kan
het systeem werken. Voor aangemelde apparaten kunnen de volgende
functies worden gebruikt:
Registreren van een draagbare speler
...